Het Opus Dei en de verfilming van de Da Vinci Code

Woordvoerder Opus Dei: “We willen azijn in wijn veranderen”. Interview met Marc Carroggio, die de relaties van het Opus Dei met de internationale media onderhoudt, over de verfilming van de Da Vinci Code.

Marc Carrogio (persbureau van het Opus Dei)

Wat wordt de opvallendste gebeurtenis van 2006? Volgens de cover van Newsweek de miljoenenverfilming van de Da Vinci Code. Voor het eerst laat een woordvoerder van de ‘slechterik’ in de film zich uit over de Sony-Colombia productie met hoofdrolspelers Tom Hanks en Audrey Tautou.

Marc Carroggio, die de relaties van het Opus Dei met de internationale media onderhoudt, verklaart tegen Zenit dat het boek en de komende film “steeds meer indirecte publiciteit voor ons opleveren”.

Carrogio zegt dat er geen oorlogsverklaring tegen de film wordt uitgegeven. Hij benadrukt dat het erom gaat de belangstelling te benutten om mensen voor Christus te interesseren.

Wat stoort u het meest aan het boek en nu ook aan de film?

Ik besef dat fictie zijn eigen regels heeft en dat er daarom geen overdreven belang aan moet worden gegeven. Maar, net als andere gelovigen, stoor ik mij aan de lichtzinnigheid waarmee het boek met het leven van Christus omgaat.

Het probleem is ook dat het script een bepaalde groep mensen demonizeert. De Kerk wordt als criminele bende gepresenteerd, die tweeduizend jaar lang een grote leugen ten koste van alles heeft willen verbergen.

Dat is natuurlijk absurd en soms zelfs een beetje komisch, maar het draait er wel op uit dat je een instelling op een hatelijke manier neerzet. En het is bekend dat dat hatelijke gevoelens kan opwekken bij onkritische mensen.

Niemand zit te wachten op een karikaturale voorstelling van welke religie dan ook. We zouden allemaal moeten streven naar eensgezindheid, tolerantie en begrip. Je kunt niet met de linkerhand om vrede vragen en met de rechter een klap uitdelen.

Het Opus Dei geeft gewoonlijk geen officiële verklaringen af tegenover actuele gebeurtenissen. Wordt met de verfilming van de Da Vinci Code een uitzondering gemaakt?

Misschien hopen sommigen op een soort oorlogsverklaring van de kant van de Kerk, en met haar van het Opus Dei. Wellicht is dat goed voor de marketing van de film.Denk aan een openbare machtsstrijd of iets dergelijks.

Marc Carroggio

Het enige antwoord van het Opus Dei zal echter een vredesverklaring zijn. We zullen geen bedreigingen uiten of oproepen tot een boycot e.d.

Een respectvol gebaar van filmproducent Sony-Columbia hadden we wel op prijs gesteld. Maar van die kant hebben we alleen maar een beleefd stilzwijgen ontvangen, zonder enig blijk van respect voor religieuze overtuigingen.

Hoe zullen mensen van het Opus Dei op de film reageren?

Op dezelfde manier als veel andere christenen: door te proberen azijn in wijn te veranderen.

In de praktijk betekent de film een grote kans om over Christus te spreken. Ik denk dat de populariteit van de roman voor een deel is te verklaren door de belangstelling voor de persoon van Jezus. Het is een typisch voorbeeld van ‘cultureel parasitisme’: jezelf beroemd maken door met beroemden te polemiseren; verdraaiing als kunst presenteren. Als Christus niet de centrale figuur in de roman was, zou het boek aantrekkingskracht verliezen.

Ik denk dat het beste antwoord daarop is de kennis over Christus te stimuleren. Het zou me niet verbazen dat veel mensen het evangelie gaan lezen, een boek over het leven van Christus ter hand nemen of zichzelf geloofsvragen gaan stellen die licht werpen op de zin van hun bestaan. Dat versta ik onder van azijn wijn maken.

Dan Brown heeft het Opus Dei meer bekendheid gegeven. Dat geeft jullie de kans uit te leggen wie jullie zijn. Merken jullie meer belangstelling?

Zeker. Alleen al in de VS heeft onze website (www.opusdei.org) meer dan een miljoen bezoekers gehad. Dat komt voor een deel door de Da Vinci Code, die voor ons steeds meer indirecte publiciteit oplevert.

Het doet me denken aan wat in de voormalige communistische landen gebeurde. Wanneer het bewind een artikel tegen de Kerk publiceerde waarin ook aanvallen tegen het Opus Dei stonden, ontvingen we clandestiene boodschappen van mensen uit die landen. Zij lazen die artikelen ‘in de omgekeerde betekenis’: als het Opus Dei in een negatief daglicht wordt geplaatst door degenen die de Kerk bekritiseren, dan moet het iets goeds zijn. Met de Da Vinci Code gebeurt iets vergelijkbaars.

Dankzij het boek hebben we al aardig wat wijn kunnen maken. En we hopen dat de film de productie verhoogt. We willen onze informatievoorziening vergroten door de deuren open te zetten voor degenen die het Opus Dei uit de eerste hand willen leren kennen. Iets wat de auteur van het boek en de filmproducent zelf niet hebben willen doen.

Starten jullie een rechtszaak tegen de film?

Dat denk ik niet, ook al is er volgens mij op zich voldoende reden toe. Stel dat Sony-Columbia in een film niet wordt neergezet als een filmproducent maar als een criminele onderneming of een moorddadige sekte. Ik denk dat hun advocaten dan niet tevreden zouden zijn met de disclaimer: maakt u zich geen zorgen, de film is fictie. Ik ben ervan overtuigd dat ze met een rechtszaak zouden dreigen.

Een rechtszaak zou bovendien symbool staan voor een institutioneel conflict: de zaak ‘Opus Dei versus Sony-Columbia’. Dat lijkt me niet realistisch. Alleen een vredesverklaring lijkt me op zijn plaats. Voor een gevecht heb je twee partijen nodig en in dit geval ontbreekt er in ieder geval een.

Ik wijs wel op iets anders. Er zijn mensen van het Opus Dei in zestig landen. Samen met anderen hebben ze veel sociale initiatieven opgezet: opleidingscentra voor arme plattelandsbevolking of voor werkloze jongeren, ziekenhuizen in ontwikkelingslanden, enz. Al deze projecten bestaan dankzij de financiële steun van veel weldoeners. Ik kan me voorstellen dat het boek en de film de fondsenwerving voor die projecten bemoeilijkt en dat sommige van de initiatiefnemers schadevergoeding gaan eisen.

Raden jullie de leden van het Opus Dei (wereldwijd meer dan tachtigduizend) af om de film te zien, of vinden jullie het beter dat ze gaan kijken om te zien hoe slecht het Opus Dei in sommige kringen wordt begrepen?

De leden van het Opus Dei zijn volwassen. Wij zullen niets in die richting ondernemen.

Een interessante vraag is wel of er een leeftijdsgrens voor de film zou moeten gelden. Een volwassene kan feit van fictie onderscheiden. Een beetje cultuur zou daarvoor voldoende moeten zijn. Maar een kind heeft niet het onderscheidingsvermogen om een verdraaiing van de geschiedenis te doorzien. En alleen de mededeling dat de film fictie is, is niet voldoende. Net zoals met geweld- en seksscènes gebeurt, zou er veel voor te zeggen zijn om kinderen ook te beschermen tegen deze vorm van geweld, die veel verfijnder en daarom juist gevaarlijker is.

Deze zorg lijkt mij legitiem. Het is zaak je niet alleen te laten leiden door economisch gewin, maar ook na te denken over de mogelijke negatieve invloed op jongeren. Je moet geen tweedracht zaaien onder mensen, landen of religies, maar werken aan eensgezindheid.

Zenit